Aanwinst 2007
Locatie Entree APC-gebouw
Rinke Nijburg (Lunteren, 1964) verbeeldt in zijn tekeningen en schilderijen een christelijke kosmologie. Geboorte, dood, loutering en inzicht zijn terugkerende thema’s. In zijn oeuvre komen uiteenlopende aspecten van kunstgeschiedenis, literatuur en filosofie samen. Hoe kan in zo’n veelheid een ordening, een verband ontstaan? Het is precies deze spanning tussen fragment en geheel, tussen onaf en voltooid, die Nijburg bezighoudt. Het onaffe zit hem niet alleen in zijn ‘kosmologie’ als geheel, ook de afzonderlijke werken getuigen ervan. In ‘Brown Eye Blue Eye’ zijn in de acrylverf schetsmatige potloodlijnen zichtbaar. Het wit van de gestreepte hoofddoek is het wit van het onbedekte, niet-ingevulde blad papier. De schildering maakt een geïmproviseerde indruk.
Nijburg vindt dat een schilderij nooit helemaal af kan zijn. Voltooide beelden hebben te veel pretenties, ze maken aanspraak op een werkelijkheid die te overzien zou zijn. En daarvoor leent de werkelijkheid van onze tijd zich niet meer. In ‘Brown Eye Blue Eye’ zien we de onsterfelijke maagd, de onschuld van het jonge meisje dat ook al vrouw is. Deze verwarring, deze dubbelheid heeft Nijburg willen verbeelden. In zijn eigen woorden: ‘Met het ene oog kijkt ze de eeuwigheid in, met het andere ziet ze de wereld om zich heen.’