Van de kunstenaars die begin jaren tachtig de wederopstanding van de schilderkunst inluidden, wordt René Daniëls veelal gezien als de belangrijkste. Zijn als ‘postmodern’ omschreven oeuvre is vooral een even raadselachtige als intelligente zoektocht naar de mogelijkheden van het medium, in een periode waarin de naweeën van de minimale en conceptuele kunst het artistieke discours domineerden.
In Daniëls’ vroege werk bepaalt zijn affiniteit met de populaire cultuur van muziek en punk een belangrijk deel van zijn onderwerpkeuze. Hij zoekt naar manieren om formele elementen in steeds verder gemuteerde vorm te laten wederkeren. Ook de relatie tussen woord en beeld is een bepalende factor, zoals blijkt uit de ironische titels die hij zijn schilderijen geeft en uit de rebusachtige elementen. Inhoudelijk ontwikkelt zijn werk zich steeds meer in de richting van de metakunst: zijn schilderijen worden gelaagde, introspectieve commentaren op de idee van ‘schilderij’ en ‘tentoonstellingsruimte’. In 1987 wordt Daniëls getroffen door een ernstige hersenbloeding, die zijn artistieke carrière vroegtijdig beëindigt.
Deze tekening uit 1977 is een aantrekkelijk voorbeeld van Daniels’ vormexperimenten. De ovale vorm van de wielen komt in andere tekeningen en schilderijen uit dezelfde periode in velerlei vermommingen terug: als eiland, planeet, vis of veiligheidsspeld bijvoorbeeld. Ook de continue beweging, de herhaaldelijke transformatie van eenzelfde vorm en de tekenachtige flair blijven als een rode draad door zijn werk lopen.