Nicolas Dings exposeerde van 1 september tot 13 oktober 2009
Nicolas Dings verenigt het onverenigbare Zijn meest besproken kunstwerk is natuurlijk het vorig jaar onthulde Spinoza-monument bij het Amsterdamse Stadhuis. Een meer dan manshoge filosoof in gestroomlijnde bronzen mantel, geflankeerd door een icosaëder (regelmatig twintigvlak) die de elegante complexiteit van het Spinozistisch denken verbeeldt. Maar ook de meer op de huiskamer berekende scheppingen van Nicolas Dings (Tegelen, 1953) bieden volop stof tot bespiegeling. Driedimensionale collages zijn het waarin schijnbare tegenpolen met elkaar worden verbonden: kunst en volkskunst, banaliteit en verhevenheid, symbool en werkelijkheid. Gebruikmakend van de meest uiteenlopende materialen – brons, keramiek, hout, textiel – creëert Dings balorige, dadaïstisch aandoende voorstellingen waarvan ook de titels vaak tot overpeinzing stemmen. Zo kan uit 2008 stammende Calvaire (zie vitrine) bijna niet anders dan verwijzen naar de gelijknamige Waalse horrorfilm uit 2005, een rolprent die kwalificaties als 'bizar' en zelfs 'walgelijk' kreeg opgeplakt, maar door veelal dezelfde critici oogstrelend en adembenemend werd genoemd. Het zijn precies die uitersten waartussen het zonderlinge universum van Nicolas Dings zich ontvouwt.