Als een wachter staat het dier daar. Een haas, zegt de een. Een hert zegt de ander. Manshoog en rustend op zijn achterpoten heeft het dier ook wat van een mens. Jens Pfeifer maakte het werk speciaal voor de collectie van het AMC. Na zijn tentoonstelling in de Brummelkamp Galerie, voorjaar 2011, bood hij aan om geen bestaand werk beschikbaar te stellen voor aankoop maar speciaal voor het Q-gebouw een nieuw beeld te maken.
Pfeifer kwam in de jaren ’80 vanuit Duitsland naar Amsterdam om de glasopleiding aan de Gerrit Rietveld Academie te volgen. In Amsterdam besefte hij hoezeer zijn jeugd in de bossen zijn verhouding tot de wereld had bepaald. ‘Ik mis het bos’, zegt Pfeifer, ‘het is altijd in mij aanwezig. Het zit automatisch in mijn werk.’ Dat bos is soms idyllisch, maar vaak ook, net als in de sprookjes van Grimm, vol dreiging.
In Pfeifers jeugd was die dreiging schrikbarend echt. Door ‘zijn’ bos liep de toenmalige grens tussen Oost- en West-Duitsland. Op de wachttorens stonden de vopo’s met gerichte loop, speurend naar volksgenoten die de vrijheid van het westen verkozen boven de benauwenis van het communistische regime. Pfeifer loodste die geweren en pistolen de kunst in door ze uit te voeren in glas. De werken van Pfeifer zitten vol met dergelijke tegenstellingen. Hij kiest ervoor tegenpolen te mengen en te verbinden tot objecten met een diepere betekenis.